Thijs, één van mijn buurjongens, komt bij mij voor hulp bij het leren. Hoe hard hij ook werkt voor school, voldoendes blijven te vaak uit en dat knaagt aan zijn motivatie.

We beginnen met het vak waar hij het slechtst voor staat, geschiedenis.Thijs is al een paar keer bij mij geweest, het snellezen zit er al redelijk goed in en ook met plannen gaat het steeds beter. De vorige les zijn we gestart met mindmappen.

Thijs maakt namelijk geen samenvattingen, hij schrijft alleen de begrippen uit zijn boek over in zijn schrift. In zijn beleving besteedt hij veel en voldoende tijd aan geschiedenis, hij vindt het alleen gek dat hij onvoldoendes blijft halen ondanks zijn harde werken...

Dat is helaas niet zo gek Thijs, als je het leren alleen maar richt op feiten en niet op verbanden, inzicht en toepassen van de lesstof. En ja, daar is de mindmap toch echt de aangewezen vaardigheid voor.

Thijs begreep de uitleg hoe hij een mindmap kon maken en enthousiast ging hij daarmee thuis aan de slag. Trots laat hij mij zijn mindmap geschiedenis zien als hij weer bij mij komt. Ik vraag hem naar zijn geschiedenisboek, zodat ik even kan kijken of de kern van het hoofdstuk goed is verwerkt in zijn mindmap.

Verlichting
Op één van de hoofdtakken zie ik het woord ‘verlichting’ staan. Een blik op de betreffende paragraaf bevestigd mijn vermoeden dat dit waarschijnlijk niet het woord is, dat op de hoofdtak hoort te staan. Sterker nog, het is een bijvoeglijk naamwoord van een beschrijvend woord over het hoofdonderwerp.

‘Waar gaat het dan wel over Thijs?’ vervolg ik ons dialoog. Thijs pakt zijn geschiedenisboek en leest hardop voor: ‘De Amerikaanse grondwet is gebaseerd op basis van verlichte principes. En het woord ‘verlichte’ is dikgedrukt, dus dat is het belangrijkste woord uit die zin’, voegt hij hieraan toe.

Ach die Thijs. Doet zo enorm zijn best en laat zich vervolgens veel te veel leiden door de dikgedrukte woorden in de tekst. Niet elk lesboek is even prettig qua opbouw, zo ook het geschiedenisboek van Thijs.

Ik leg Thijs uit dat een mindmap van binnen naar buiten toe de kern van de tekst weergeeft. Op de hoofdtak komt het belangrijkste woord uit de tekst. ‘Als je één woord mag benoemen uit de tekst die je net voorlas en waar de tekst over gaat, welk woord is dat dan?’. Het antwoord blijkt gelukkig ook voor Thijs duidelijk en eenvoudig. ‘Grondwet’, zegt hij en dat is dan ook het woord dat op de hoofdtak komt te staan. Het hele hoofdstuk gaat over Amerika, en de Amerikaanse vlag wordt dus het centrale onderwerp.

‘Welk hulpwoord kun je aan de grondwet toevoegen om de tekst beter na te kunnen vertellen?’, was de volgende vraag aan Thijs. ‘Uhhh, ik denk principes?’, zegt hij twijfelend. ‘Precies, en dan zou je dus voor het woord ‘verlichte’ een picto kunnen maken. Zo zie je dus, dat het dikgedrukte woord een picto is op je subtak in plaats van het woord op de hoofdtak’.
Thijs kijkt me lachend aan met een vleugje hulpeloosheid in zijn ogen. ‘Goh, dat mindmappen is niet makkelijk, maar als het eenmaal staat, is het wel heel goed te onthouden. Ik ga thuis snel door met de volgende paragrafen’.

Wil jij ook jouw leerlingen stap voor stap de kracht van mindmappen laten ontdekken?
Dan is de opleiding ‘Snel leren = leuk leren’ echt iets voor jou. Toe te passen in kleine groepen van maximaal 5 leerlingen of via apart draaiboek voor docenten in de klas. Natuurlijk kun je ook individueel met je leerlingen aan de slag.

Lees ook onze blog over Dennis, die al zijn huiswerk in één keer toetsklaar leert zetten.

Of het blog over Eva, die in drie maanden van zwak vmbo naar ruim havo-niveau ging qua cijfers.